STEVENSBEEK – Drie vrijwilligers van Heemkundevereniging Stevensbeek verrichten de komende tijd op donderdagmorgen opgravingen bij de Radioplas. In het bos liggen de fundamenten van een tijdelijk radiostation, dat hier tussen 1918 en augustus 1924 dienst deed.
Door Twan Dohmen
Gerrit Hendriks uit Stevensbeek en twee buurtbewoners aan de Radioweg zijn druk in de weer. “Al twintig jaar weet ik deze fundamenten te zitten. Een paar weken geleden zijn wij begonnen. Het stond hier helemaal vol met braamstruiken. Ik vond dat we er toch eens meer van moesten weten,” vertelt initiatiefnemer Hendriks. “Stevensbeek was het eerste radiostation in Nederland, dat verbinding wist te leggen met Bandung in het toenmalige Nederlands Indië, het latere Indonesië. Hiermee konden wij de radioberichten uit onze toenmalige kolonie ontvangen.”
Nieuwsgierig
De 79-jarige vrijwilliger laat oude tekeningen van het radiostation van weleer zien. Er was een grote ontvangstruimte, maar ook kantoren voor onderzoek, administratie, directie en de parolograaf. De dikke betonnen vloer wijst op een torenachtig vertrek. Naast de inmiddels blootgelegde fundering en muurresten ligt een recreatief fietspad.
“Hier is ook een kelder geweest”, wijst Hendriks naar een met stevig verroest ijzerdraad beschermd gat in het betonnen dek. “Ik stapte een keer van de fiets af en wist dat het hier moest zijn. Ik werd nieuwsgierig.”
Halte nummer 37
Met het radiostation kwam er een dikke eeuw geleden reuring op de Sambeekse Hoek, zoals dit stukje onontgonnen terrein heette. Stevensbeek bestond nog niet. De Radioweg werd de eerste verharde weg in de buurt, die liep van de spoorlijn Nijmegen-Venlo tot de doorgaande weg tussen Sint Anthonis en Overloon. De spoorlijn kreeg ter hoogte van Sambeek een eigen halte, nummer 37. Vanaf deze halte werd een smalspoor aangelegd, waarmee goederen en bouwmateriaal konden aangevoerd naar de plek waar het radiostation in aanbouw was.
‘Het personeel had een eigen voetbalclub: Albatros’
Vrijwillig opgraver Jan Jakobs woont vlakbij de opgraving in een boerderij. Bert de Kleijnen idem dito, maar dan aan de andere kant van het Radiobos. “Hier is alles in Stevensbeek begonnen”, zegt Jakobs. “Het personeel had een eigen voetbalclub, met een clubhuis en een kantine. De oude clubnaam was Albatros. Later ging de vereniging pas SVS heten.”
“Het radiostation staat eigenlijk aan de basis van het ontstaan van Stevensbeek, naast boerderij Lactaria was het een bron van werkgelegenheid”, weet Hendriks. “Behalve twee afspanmasten waren er zeven houten masten van meer dan zestig meter hoog. Voor het personeel en de directeur werden aparte woningen gebouwd.”
Veel gereis
Met financiële steun van de Rijksoverheid en grote ondernemingen (zoals Philips) werden de kosten betaald. Op 1 december 1918 wordt een huurovereenkomst aangegaan voor de huur van 30 hectaren grond voor de duur van 39 jaar om er een ‘radiotelegrafisch ontvangststation’ te vestigen.
Lang is het hagelnieuwe radiostation niet gebleven. De installatie was pas in 2023 volledig in werking. Al op 4 augustus 1924 werd besloten de installatie te verhuizen naar Amsterdam. Reden: de afstand tot zendstation Kootwijk op de Veluwe was te groot. Wat ook een rol speelde: het personeel uit het westen van ons land vond het op- en neer gereis te veel gedoe.
Hoge kosten
De totale kosten van het Stevensbeekse radiostation bedroegen 514 duizend gulden, een enorm kapitaal een eeuw geleden. Het voortijdig beëindigen van de huurovereenkomst met de oude gemeente Sambeek betekende een strop van 35 duizend gulden die het Rijk nog aan de gemeente moest betalen.
De betonnen fundamenten van de gebouwen, maar ook de masten en afspan-kabels zijn tot op heden in de bodem van het bos rondom de Radioplas blijven zitten. Een van de afspanningsmasten heeft zelfs nog jaren gediend als uitkijktoren in de Staatsbossen. De radiowoningen voor het personeel zijn in de loop der tijd verdwenen.
De drie vrijwilligers hebben toestemming van de Gemeente Sint Anthonis voor de opgravingen in het bos bij de Radioplas. Op de locatie wil de heemkundevereniging een informatiebord plaatsen.
Foto: Twan Dohmen